Thema’s > Olijven

Spanje is de grootste olijfolieproducent van Europa. Er groeien 215 miljoen olijfbomen.

Andalusië is, met meer dan 60% van de olijvenproductie van Spanje, de streek bij uitstek van de olijven. In eindeloze rijen golven olijfbomen over heuvels en dalen. Om van EU-premies te kunnen genieten dienden ze geteld te worden. Niet minder dan 3 miljoen bomen werden toen geïnventariseerd. In Andalusië groeien olijven waarvan heerlijke zachte en fruitige olijfolie met een lage zuurgraad gemaakt wordt. De olijfboom kwam ruim 100 voor christus vanuit Klein-Azië naar het Middellandse-Zeegebied.

Het plukken gebeurt mechanisch of met de hand, in de herfst, en vangt aan op de dag beslist door het gemeentebestuur, om de kwaliteit van de oogst te uniformiseren en te vrijwaren!

Groene of zwarte olijven, het verschil is de rijpheid.

Na de opslag in enorme silo’s worden de olijven een eerste maal zachtjes en voorzichtig geperst. Dit levert de beste kwaliteit olijfolie. Een tweede persing geeft een mindere kwaliteit, voor onder meer grootkeukens. Na een derde persbeurt bekomt men ruwere olie voor de industrie.

Door de verschillende persgangen zijn er drie soorten olijfolie in Spanje:

• Aeite de Oliva Virgen Extra (extra zuivere olijfolie). Dit is de hoogste kwaliteitsklasse voor Spaanse olijfolie. Deze olie is gegarandeerd koudgeperst.
• Aceite de Oliva Virgen: koudgeperste olijfolie.
• Aceite de Oliva tot slot is geraffineerde olijfolie of soms een mengsel van geraffineerde en koudgeperste olie. De olie is relatief goedkoop, maar heeft ook minder geur en een lagere voedingswaarde dan koudgeperste olie. Geschikt voor bakken en frituren.

De pulp die na het persen overblijft wordt gebruikt als brandstof voor verwarming, of wordt als meststof verwerkt.